Preek van de week, zondag 28 juli

Voorganger: Ds. M. Hogenbirk Het gesprek: Verstoppertje spelen
De teksten van vandaag: Genesis 3 : 1 – 13 en 2 Samuel 1 -7a


Een gesprek gaat veelal over een onderwerp uit het nieuws. We verwoorden onze gedachten erover.
Het is vaak niet wederzijds. Een echt gesprek is echter iets van “samen”. Je spreekt en luistert.
Geloven kun je ook niet zonder daarover een goed gesprek te hebben met elkaar.
Doe je dat niet, dan leef je langs elkaar heen en speel je verstoppertje. Maar voor volwassenen is dat
een uiterst negatieve manier van omgaan met ons gezamenlijk leven.
In Genesis stelt God een vraag: Adam, waar ben je? Dan blijkt dat God de zoekende is en de mens de
verborgene. De mens geeft de gemeenschap met God op en ervaart dan de eenzaamheid naast God.
Ook tussen 2 mensen ontstaat eenzaamheid. Toch blijft God ze opzoeken. Ook als zondaar houdt de
mens niet op een schepsel van God te zijn. Als van de kant van de mens de relatie wegvalt, blijft van
Gods kant het Woord bestaan. Dat is het behoud van de mens.
De mens verbergt zich, wil er niet meer zijn. Waarom? Omdat je figuurlijk naakt bent. Hoe gaan wij
om met onze kwetsbaarheid, ons tekort schieten?
Ons zelfvertrouwen krijgt een deuk. Ook als we on niet willen toevertrouwen aan God, komt Hij zelf,
ook al verstoppen zij zich voor Hem.
Als we de vraag van God “Waar ben je?” willen horen, durven we dan antwoord te geven?
Het is niet: God waar bent U? maar mens waar ben je? Gaan we in gesprek? Stellen we vragen en
geven we ook antwoord?
Zoeken we elkaar en gaan we samen met geloofsgenoten in gesprek over en met Jezus?
Laten we geen verstoppertje spelen, maar laat je vinden door de ander in al je kwetsbaarheid. Doen
we dat niet, dan is er geen gemeenschap, geen leven met elkaar en met Christus. Dan is er hooguit
het gesprek van de dag en dan blijven we verstoppertje spelen, ontmoeten we elkaar niet en
ontmoet God jou ook niet.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Tekst van de dag

De hemel verhaalt van Gods majesteit, het uitspansel roemt het werk van zijn handen, de dag zegt het voort aan de dag die komt, de nacht vertelt het door aan de volgende nacht.