Preek van de week, zondag 14 april

Voorganger: Ds. H. Jonkman De opstanding van Christus is hoop voor de wereld
De teksten van vandaag: 1 Petrus 1 : 1 – 9 en 1 Petrus 3 : 13 – 18


De hoop in de tekst van vandaag is gericht op een eeuwig leven bij God. Een hoop met zekerheid. Je
kunt ook hopen op genezing als je ziek bent, maar dat is onzekere hoop. Hoop als een vorm van
idealisme moet je zelf waarmaken. Maar we hebben de loop van het leven niet in eigen hand. We
gaan allemaal dood. Maar de bijbel leert, dat er dankzij Jezus Christus leven na de dood mag zijn .
Daarom is die boodschap van de opstanding van Christus van zo grote betekenis. Die opstanding mag
ons hoop en verwachting geven. Niet de dood, niet de duisternis, niet de vergetelheid, maar leven.
Door de opstanding leven we in hoop. Dat is een geschenk van God. Het is een werkelijkheid, die ons
houvast biedt. Een anker voor de ziel.
Het is een gegronde hoop op het eeuwige leven in onvergankelijkheid verbonden aan Jezus Christus.
Bij het overlijden gaat geen mens met je mee, maar Jezus wel. Hij leidt je in de heerlijkheid.
Een machtige boodschap in een wereld vol ellende en uitzichtloosheid. Als je Jezus Christus in geloof
aanvaardt, mag je vertrouwen op de belofte van God tot in eeuwigheid. Eenmaal daarvan geproefd
wil je dat nooit meer kwijt.
Als kerken, als christenen zijn we een beetje terughoudend om ons geloof te tonen. Mensen moeten
wel aan jou kunnen zien om aan je te vragen waar jij je hoop vandaan haalt. Vertel wie de Here Jezus
is voor jou en wat Hij voor jou gedaan heeft, maar doe het zachtmoedig en met respect voor de
ander en zijn of haar overtuiging. Je staat in een leven met toekomst en vol van hoop. Dring het
niemand op. Vertel uit overtuiging, maar houdt uw geweten zuiver. Weet dat je leeft van de genade
van God. De hoop is ons gegeven. Laat zien wat het voor jou betekent, dan zal de Heilige Geest de
rest wel doen.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Tekst van de dag

Zonder geloof is het onmogelijk God vreugde te geven; wie Hem wil naderen moet immers geloven dat Hij bestaat en dat Hij beloont wie Hem zoeken.