Exemple

Voorganger: Ds. M.W. Vrijhof Neem Mijn juk op je
De teksten van vandaag: Matteüs 11 : 2 – 7 en 16 – 20


De zorgeloze jaren lijken voorbij. De ene crisis na de andere dient zich aan. We leven in een
turbulente tijd. Hoe kun je in zo’n tijd moedig en veerkrachtig zijn?
Het gelezen bijbelgedeelte is het begin van grote turbulentie in het leven van Jezus. Hij vindt geen
gehoor en daarover is Hij ontzet. Hij wil helper en heilbrenger zijn.
In die tijd van turbulentie keerde Jezus zich naar boven. De Vader heeft het aan Hem gegeven om
Zijn liefde voor zondaren in de wereld bekend te maken.
Kom naar Mij, zegt Hij. Neem Mijn juk op je. Ik ben zachtmoedig en nederig van hart.
Het woord juk klinkt niet aantrekkelijk. Het beknot de vrijheid.
Op ieders leven drukt wel een bepaalde last. Wij willen naam maken, gewaardeerd worden. Ons
onrustige hart zoekt vervulling. Misschien lijden wij onder het juk van allerlei eisen, qua uiterlijk of
bezit. Het juk van de social media is groot. Misschien het juk dat we de lat te hoog leggen voor
onszelf of zijn we voortdurend krampachtig bezig om te laten zien, dat we een echte gelovige zijn.
Jezus zag de jukken, die door Farizeeën en Schriftgeleerden werden opgelegd. Mensen probeerden
wel, maar konden niet voldoen aan de eisen. Neem Mijn juk op je, zegt Jezus, Ik kom niet met eisen,
maar met genade, liefde en vergeving en hoop.
Hoe je bij Hem komt? Jezus zegt: Let op de weg van de liefde. Zet je voeten in Mijn sporen. Kom, doe
mee en je zult rust vinden. Niet dat de turbulentie van het leven aan je voorbij zal gaan. Die ging ook
niet aan Hem voorbij.
Rust is, dat je mag weten dat je er mag er zijn. Je keert je dan net als Jezus in alle turbulentie naar
boven, naar de Vader in de hemel en naar de mensen om je heen. In het Avondmaal mogen we iets
van die rust ontvangen. Je komt thuis op je ultieme bestemming.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Lees meer →
Exemple

Lied 328 uit het Liedboek voor de kerken 1973

Het lied is een vertaling, door Ad den Besten, van “Liebster Jesu, wir sind hier”, een lied van Tobias Clausnitzer.

De melodie is van Johann Rudolf Ahle, gewijzigd door Wolfgang Karl Briegel.

Het lied geeft aan waarom christenen ’s zondags naar de kerk gaan. Om God in Zijn Woord te ontmoeten. In het tweede couplet wordt de afhankelijkheid van God bezongen. Hij is de bron van al het goede wat in ons is. In het derde couplet vragen wij om verhoring van onze gebeden en om Zijn leiding in het uitdragen van zijn licht en liefde naar de wereld om ons heen.

1  Here Jezus, om uw woord

zijn wij hier bijeengekomen.

Laat in ‘t hart dat naar U hoort

uw genade binnenstromen.

Heilig ons, dat wij U geven

hart en ziel en heel ons leven.

2  Ons gevoel en ons verstand

zijn, o Heer, zo zonder klaarheid,

als uw Geest de nacht niet bant,

ons niet stelt in ‘t licht der waarheid.

‘t Goede denken, doen en dichten

moet Gij zelf in ons verrichten.

3  O Gij glans der heerlijkheid,

licht uit licht, uit God geboren,

maak ons voor uw heil bereid,

open hart en mond en oren,

dat ons bidden en ons zingen

tot de hemel door mag dringen.

Lees meer →
Exemple

Zondag 24 september 2023 is de extra diaconale collecte voor stichting “Open Doors”. Open Doors steunt christenen die om hun geloof worden vervolgd of verdrukt. Open Doors brengt Bijbels en christelijke lectuur naar landen die daarvoor gesloten zijn. Daarnaast geeft Open Doors training en verleent de organisatie praktische hulp, zoals traumazorg en noodhulp. Degene die met de seniorentocht zijn mee geweest begin juni kunnen ons hier ook meer over vertellen.

Lees meer →
Exemple

Zondag 30 juli en zondag 27 augustus is de extra diaconale collecte bestemd voor Stichting Timon. Timon helpt bij problemen met opvoeden en opgroeien. Samen met kinderen, jongeren en hun gezin en/of netwerk werken zijn aan hoop en herstel van het gewone leven. Met als perspectief zelfredzaamheid. In Amersfoort ondersteunen zijn o.a. Woongroep de Wissel in de wijk Kattenbroek.

Lees meer →
Exemple

Voorganger: Ds. A.P. van Langevelde Geloven met ongeloof
De tekst van vandaag: Marcus 9 : 14 – 29


Het zal je maar gebeuren. Je kind is aan de buitenkant gezond, maar plotseling valt hij op de grond en
begint te stuiptrekken. De artsen zeggen: “Er zijn helaas geen medicijnen voor.” De mensen in het
dorp begrijpen het niet. Ze blijven op afstand. Dan staat je leven op zijn kop.
De vader in de tekst hoort van Jezus, die al rondtrekkend mensen geneest en boze geesten uitdrijft
en gaat naar Hem op zoek. Jezus laat de man het hele verhaal vetellen terwijl de zoon ligt te
stuiptrekken op de grond. Je zou verwachten, dat daar alle aandacht naar toe gaat en dat de vader
zegt: “Help hem!”
Maar hij zegt: “Help ons!” Het geeft de intense verbondenheid weer tussen vader en zoon. Zo is de
band tussen ouders en kinderen, tussen partners in een huwelijk. Als het niet goed gaat met de een,
heeft dat zijn weerslag op de ander.
Artsen zeggen: “U moet er mee leren leven.” Als het aan mensen ligt, komt er nooit een nieuwe
hemel en een nieuwe aarde. De vader zegt vervolgens: “Kom mijn ongeloof te hulp. Ik ben al zo vaak
teleurgesteld, maar ik wil niet geloven, dat er voor mijn zoon geen hoop zou zijn.”
Alles is mogelijk voor wie gelooft in de verlossende kracht van Jezus. Hij had kunnen zeggen: “Met
geloof kom je verder, ga eerst maar eens wat doen aan je ongeloof.”, maar Hij toont ontferming met
de vader, een diep gelovig mens in een gebroken schepping. Tranen zijn in de bijbel een teken van
ontvankelijk zijn. De vader toont zijn moeite met het geloven. Geloven is als een lege hand uitsteken,
naar Jezus en zeggen: “Als U die hand niet vult, kom ik van honger om” of “Grijpt U mij alstublieft
vast anders ga ik kopje onder.” Naast je geloof bespeur je altijd ongeloof. Desondanks ben je welkom
bij Jezus. Hij wil helpen en laat je niet staan, ook al is je geloof zo klein als een mosterdzaadje.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Lees meer →
Exemple

Voorganger: Dhr. H.J. Takken Rijk zijn bij God
De tekst van vandaag: Lucas 12 : 13 – 21
Schatrijke mensen kunnen desondanks ongelukkig zijn en arme mensen zonder dure bezittingen
kunnen daarentegen ondanks alle moeiten toch gelukkig zijn.
Geld maakt niet gelukkig, maar zonder geld ben je ook niet gelukkig. Je bent dan afhankelijk van hulp.
In psalm 73 is de schrijver jaloers op mensen die het heel goed hebben. Maar in vers 16 en 17 lezen
we “totdat ik Gods Heiligdom binnenging en op hun einde lette”. Houdt het einddoel dus voor ogen.
Geld en goed kun je niet meenemen na je dood. Wie jaagt naar rijkdom, valt in veel verzoekingen.
Laat je leven er niet door beheersen Dat is de boodschap van de gelijkenis van de rijke dwaas.
De Tien Geboden zijn er niet om onze vrijheid in te perken, integendeel. Ze beginnen met woorden
van bevrijding. God heeft Zijn volk uit de slavernij bevrijd. Jezus spreekt en treedt op in het verlengde
van dit denken. Hij wil naar de bron van het probleem. Pas op voor hebzucht. Je kunt overvloed
bezitten, maar je leven is niet je bezit. Hij richt zich daarbij tot de menigte en dus ook tot ons. Het
land heeft veel opgebracht en de landheer vraagt zich af waar hij alle opbrengst moet opslaan. Hij
heeft een probleem omdat hij te veel heeft. Rijke mensen kijken veelal niet naar anderen, maar zien
alleen zichzelf.
Ook ons leven is vaak gericht op het hebben van dingen, maar je wordt bepaald door wie je bent en
niet door wat je hebt. Vraag je een af: Wie ben ik nu echt? Het kan helpen bij verstoorde
verhoudingen. Dat is wat Jezus bedoelt. Eerlijk zijn, trouw zijn er zijn voor je naaste. Dat kost wel wat,
maar het is de liefde die de bijbel ons leert.
De vraag is: Zijn we rijk bij God? Zijn we dankbaar om een kind van Hem in deze wereld te zijn? Dan
ben je minder met jezelf bezig en denk je juist aan anderen die het wellicht minder hebben.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Lees meer →
Exemple

Voorganger: Ds. J. Groenleer Gods goedheid houdt ons staande
De teksten van vandaag: Nehemia 9 : 1 – 5 en 15 -21 en Mattheus 14 : 13 – 21


Als ons leven in een crisis verkeert, ontstaan vaak diepteboringen in de menselijke ziel. Ineens is er
een inhaalslag om de diepere lagen van het leven te ontdekken. Vaak wordt er dan ook weer
gevraagd naar God.
In de tekst wordt de verwoeste tempel weer opgebouwd. Er worden woorden uit het verleden
gesproken. Die woorden hebben zoveel gewicht, dat ze gedaan moeten worden voordat de zaak
weer wordt opgebouwd.
God als medicijn tegen onze kwalen, onze moeiten, onze tekorten. Die eeuwenoude woorden en
liederen slepen ons door de donkerste diepen van het leven.
God is vol liefde voor hen die geen lieverdjes zijn. Hij geeft Zijn mensen nog graag de kans om hun
leven te beteren.
Hij doet ook wat Hij belooft. Hij heeft Zijn volk verdragen en gedragen. Dat geeft hoop. Jezus was ook
bewogen over een grote menigte. Wij kennen halsstarrige weerstand tegen en tegelijk vrijwillige
overgave aan God en Zijn woorden. Ze zitten vaak zo door elkaar heen in een mensenleven.
Als wij nu eens die aloude woorden oppakken? Laat ze tot je doordringen. Let op Jezus als mens, die
Gods liefde voor de mensen waarmaakt. Zieken genezen, gevangenen worden bevrijd, dorstigen
worden gelaafd, hongerigen worden gevoed, naakten gekleed. Dat zijn even zovele knipogen van
God naar mensen toe, naar een toekomst die komt.
Deel daarom uit van wat je mag ontvangen, zoals de leerlingen mochten delen van het weinige brood
en de luttele visjes. Een teken van overvloed in het rijk dat komt.
We moeten het anker van ons leven vast hechten aan Jezus Christus om vanuit die genade te leven.
Helemaal aan de rand van het evangelie ontwaar je iets van een grens aan Gods geduld. Een
afrekening met hen die blijven volharden in halsstarrigheid. Waarom toch wachten tot het einde
terwijl Hij een en al liefde en genade is?
Loof de Koning heel mijn wezen, gij bestaat in Zijn geduld.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Lees meer →
Exemple

Voorganger: Ds. A.Th. van Olst Hoe zit het met … jou?
De tekst van vandaag: Lucas 13 : 22 – 30


Geloven betekent niet dat je antwoord krijgt op al je vragen. Het is leven met openstaande vragen,
met vertrouwen op Gods belofte.
In de tekst lezen we een indringende vraag. Hoeveel mensen krijgen toegang tot de Hemel? Jezus
buigt de vraag om van de derde naar de tweede persoon en maakt het daardoor persoonlijk. Hoe zit
het met jou?
De vraagsteller is in verwarring. Enerzijds wordt er in de bijbel gesproken over samenstromen van
oost en west en noord en zuid, maar anderzijds ook werd door de profeten gezegd, dat het wel echt
om bekering moest gaan.
Hoe gaan we om met de gedachte dat er mensen verloren gaan?
Je hebt het geloof in Jezus Christus nodig. Laat het iets van je hart zijn. Het kost inspanning. “Doe alle
moeite” Het komt er op aan dat je je op de juiste levensvragen richt.
“De deur is nogal smal” lijkt in tegenstrijd met “De poorten staan wijd open”.
Er zullen mensen buiten staan. Niet omdat de deur zo klein is, maar omdat je alleen op Gods manier
binnenkomt, niet op je eigen manier. Alleen met overgave aan Hem.
Je loopt het risico om buiten te blijven staan als je de poort wel van alle kanten bekijkt, maar er niet
door naar binnen gaat.
De mensen, die buiten blijven, knarsetanden. Daar zit iets van wroeging in. “Had ik maar de juiste
vraag gesteld; had ik maar naar binnen gegaan”. Stap vandaag nog binnen. Er komt een moment dat
de deur dicht gaat.
In alle scherpte van Zijn antwoord ziet Jezus ook Jeruzalem en Zijn komende oordeel en het verdriet
om hen die buiten blijven. Hij heeft voor ons de prijs betaald en de deur wijd open gezet.
Zoek Hem en ga binnen, neem Zijn genade met beide handen aan.
Geloven betekent niet dat alle vragen opgelost worden. Jezus zegt: leg de vragen in mijn hand en
kom binnen, het is de hoogste tijd.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Lees meer →
Exemple

Voorganger: Br. A.C. Nieman Geloven in wat je nog niet ziet
De teksten van vandaag: Hebreeën 11 : 1 – 19 en Hebreeën 12 : 1 en 2


We mogen leven met de belofte van God, dat Hij alles nieuw maakt. Maar niet alles wat God belooft
zien we in ons leven werkelijkheid worden. Ons geloof wordt gebouwd, al is de weg die we gaan vaak
niet duidelijk. Je bouwt verder omdat je toeleeft naar wat je voor ogen hebt.
De tekst van vanmorgen zegt het zo. Geloof is de zekerheid, dat alles waar wij op hopen
werkelijkheid wordt. Het overtuigt ons van de waarheid van wat we niet zien.
Om dit geloof kracht bij te zetten, wordt een lange lijst geloofsgetuigen genoemd. Abel, Henoch,
Noach, Abraham en vele anderen.
Zij zijn allemaal in geloof gestorven. Naast alles wat ze hebben ontvangen, hebben ze ook veel van
wat hun beloofd is tijdens hun leven nog niet gezien. Zij hadden een gemeenschappelijk vertrouwen,
dat God niet loslaat wat Hij begint.
Kunnen wij het? Vol vertrouwen op weg gaan met Gods belofte vanuit het geloof, dat Hij die
waarmaakt?
Kunnen wij geloofsgetuigen zijn, een voorbeeld voor anderen door te leven uit Gods belofte?
Durven we ons er aan toe te vertrouwen? Geloven in wat je niet ziet door te kijken naar Jezus.
Hebreeën 11 laat ons zien dat het aan komt op zeker weten in vertrouwen, dat God vast houdt aan
Zijn belofte voor ons.
Dat gaat niet zonder strijd. Het op weg zijn in het geloof heeft ook iets van een wedstrijd, van
inspanning, van gefocust zijn, en mijden van alles wat je verzwakt en afleidt
Ga op weg als in een wedstrijd met inspanning. Je strijd tegen alles wat je kan afhouden van je doel.
Kijk in die strijd niet naar je eigen kunnen, maar kijk naar Jezus. Wat Hij voor u, voor jou heeft
gedaan. Hoe Hij mens werd en in ons midden kwam. Hoe hij vol bewogenheid omzag naar gewone
mensen zoals u en ik. In Jezus’ overwinning over dood en graf ligt de garantie van al Gods beloften.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Lees meer →
Exemple

Voorganger: Prof. Dr. H.J. Selderhuis Getuigen in de boeien
De tekst van vandaag: Handelingen 24


Tertullus begint zijn pleidooi met een lofrede om Felix mild te stemmen. Tevergeefs, want de boef
Felix wil geen gedoe. Hij herinnert zicht de ervaring van zijn collega Pilatus rondom Jezus’
veroordeling en schuift de verantwoordelijkheid van een vonnis door naar Lysias de tribuun.
Na de hoorzitting laat Felix Paulus dus weer opsluiten. Later gaat hij met zijn vrouw bij Paulus op
bezoek. Zij zijn nieuwsgierig naar de beweging, de Weg die Paulus verkondigt. Drusilla kent als Jodin
de verhalen uit het oude Testament en kent ook Jezus. Paulus vertelt hun wat hem beweegt en komt
aan het eind op gerechtigheid, zelfbeheersing en het oordeel van God.
Dat zegt hij tegen een Felix, die daar niets mee had. Felix, jij bent rechter over mij, maar er komt een
dag dat je je moet verantwoorden voor de hoogste Rechter. Houd je daar wel rekening mee?
Het oordeel, de gerechtigheid en zelfbeheersing vormen één boodschap en de kerk heeft een taak in
het spreken over deze boodschap.
Als Paulus wordt teruggestuurd, lijkt het alsof hij het verkeerd heeft gedaan. Maar als je Jezus als
verlosser hebt ontdekt, wil je anderen daar uit liefde toch ook over vertellen?
Felix drukt het weg. Hoe is dat met ons? Zitten we hier om de preek of de dominee te beoordelen of
om te luisteren naar wat God ons te zeggen heeft? Laten we het Woord werken? Laten wij ons
leiden?
De vrees van Felix maakt plaats voor hebzucht. Hij biedt Paulus vrijheid in ruil voor geld.
Maar Paulus geeft niet toe. Hij komt ook niet op de gedachte om toch maar te betalen om vrij te
komen en het Woord buiten de gevangenis te kunnen verkondigen. Hij gaat er van uit, dat zolang hij
niets verkeerds doet, God hem blijft leiden en beschermen. Verleidingen kennen we allemaal. Er
wordt wel gezegd, dat christenen het zich moeilijk maken, maar het geeft rust op de goede weg.
God roept ons uit liefde op tot zelfbeheersing en vertrouwen.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Lees meer →

Tekst van de dag

Ik ben de ware wijnstok en mijn Vader is de wijnbouwer. Iedere rank aan Mij die geen vrucht draagt snijdt Hij weg, en iedere rank die wel vrucht draagt snoeit Hij bij, opdat hij meer vruchten voortbrengt.